De zee(zoog)dieren in het Dolfinarium worden getraind ten behoeve van vier belangrijke redenen:
- Fysieke en mentale stimulans (verrijking)
- Betere verzorging van de dieren (medische training)
- Educatie aan de bezoekers
- Onderzoek
In het Dolfinarium hoeven de dieren niet te jagen op hun voedsel. De tijd die ze daar in de natuur mee kwijt zijn moeten we dus op een andere manier invullen. Het is daarom noodzakelijk om de dieren fysiek en mentaal uit te dagen.
Iedere dag krijgen de dieren een zeer gevarieerd programma aangeboden, waarbij er allerlei verschillende trainingen aan bod komen:
- Gezondheidstraining;
- Educatieve presentaties voor publiek;
- Water training met de verzorgers in het water;
- Fysieke training zoals natuurlijke sprongen;
- Training voor onderzoek.
- Verrijking of speelsessies.
De dierenverzorgers kijken naar gedragingen, die de dieren in de natuur vertonen en proberen diezelfde gedragingen aan te leren aan onze dieren. Bij het aanleren van nieuwe gedragingen werken we met een trainingsmethode die heet ‘Positieve versterking’. Als de gedraging goed is, wordt er een positieve stimulans in hun omgeving gebracht. Dit kan een primaire beloning zijn, zoals vis, of dit kan een secundaire beloning zijn zoals aandacht van de verzorgers in de vorm van streling, klappen, juichen, of favoriete speeltjes voor de dieren, of het geven van ijsklontjes. Dit aangeleerde soorteigen gedrag wordt ook vertoond tijdens de verschillende educatieve voorstellingen, zodat de bezoekers iets bijleren over de soort in het wild.
De dieren krijgen ook oefeningen, waardoor het makkelijker wordt om hen te verzorgen. Dit heet medische training of in het Engels ‘Husbandry’. Een voorbeeld van medische training is bijvoorbeeld de weegpositie. De dieren worden geleerd om op een grote weegschaal te gaan liggen. Daarnaast kunnen we bijvoorbeeld vrijwillig bloed afnemen om te zien of ze gezond zijn. De medische trainingen zijn vooral bedoeld om de gezondheid van de dieren goed te kunnen opvolgen zonder dat we de dieren op een stressvolle manier te hoeven vangen.
De verzorgers hebben daarbij één hoofddoelstelling: geen enkele dag mag hetzelfde zijn. Het gaat om een zo’n afwisselend mogelijk programma voor de dieren.